Handen, klauwen en bekken
Binnen Hung Gar zie je veel houdingen, structuren en standen die namen van dieren hebben. In het artikel Kiu Sau lees je bijvoorbeeld over de brughanden (eigenlijk de armen).
Bij het maken van brughanden is de houding van de hand (de draaiing, vouw van de pols), maar ook de vorm die de hand maakt van belang. De vorm van de hand heeft ook nog een aanvullend doel. Zo is een tijger hand niet alleen bedoeld om de onderarm aan te spannen, maar bepaalt het ook de richting van de arm (neerwaarts, voorwaarts,etc).

Let op! Bovenstaande zijn een combinatie van vuistvormen (niet de Taolu's) die uit verschillende stijlen. Bovendien is de draaiing van de arm niet overal zoals hij ook daadwerkelijk gebruikt wordt.
Binnen Hung Gar gaan we vaak langs de volgende vervorming van de hand:
Slang (eerste hand in de plaat hierboven), Kraanvogel bek (tweede en derde), Kraanvogel vleugel (zoals houding 6, maar dan is de pols naar buiten gedraaid), Panter (vergelijkbaar met houding 7, maar dan vaak de palm plat, de draaiing van de arm gebeurt vanuit de elleboog. De bovenarm brengt de hand eventueel voorwaarts), Tijger klauw (zoals in houding 5) en Draak (die hier niet wordt afgebeeld maar een tussen houding is tussen Kraanvogel bek en Tijger). Natuurlijk is er ook de palm, Fenixoog (zoals in houding 8) en de vuist (zowel de normale als de vuurvuist, zoals in de laatste plaat wordt getoond). De 'drunkenfist' zoals in houding 9 wordt bij slechts in een enkel geval (binnen Fu Hok Seung Yi Kuen) gebruikt, maar komt in erg weinig structuren ook werkelijk voor. 'Eagle claw, zoals in houding 10 wordt niet gebruik.